Verifieer uw gegevens
Gegeven: "Scientology is een sekte"
Bronnen: In de Verenigde Staten: eerder C.I.A. en A.M.A. ; nu nog: anti-sekten bewegingen.
In Duitsland: de christelijke politieke partijen CHU en CDU en hun media kanalen.
In Nederland: begin jaren '80 aan autoriteiten en media gepropageerd door de anti-sekten-
beweging genaamd 'S.O.S.' , vanaf midjaren '90 door 'De Bende van K'. Meer recent nog
verspreid door o.a. de antireligieuze beweging 'Stichting B-org' van Jan 'Jeta' Eggers,
'exit-counseler' Sjoukje Drenth-Bruintjes en 'journalist' Bart Middelburg.
Wijd verspreid via gedrukte media en het artikel over Scientology in de Wikipedia.Categorie: Stigmatisering.
Feiten: Een sekte is per definitie (Van Dale): "de gezamenlijke aanhangers van een godsdienstige
gezindheid, die op bepaalde punten afwijkt van een meer oorspronkelijke waaruit zij is
voortgekomen".
De leer van Scientology heeft wel veel overeenkomsten met de boeddhistische leer maar is er geen
afsplitsing van. Qua structuur lijkt de kerkelijke hi�rarchie van Scientology op die van de
Katholieke Kerk, maar ook daar is het geen afsplitsing van.
Scientology is een moderne, in de twintigste eeuw ontstane religie, onderzocht en als zodanig
erkend door wetenschappers, rechtbanken en overheden wereldwijd.
De Scientology Kerk Amsterdam is een erkend en rechtspersoonlijkheid bezittend kerkgenootschap.
Scientology heeft wel een paar afsplitsingen, net als de meeste oudere geloofsstromingen;
op deze afsplitsingen zou een neutraal gebruik van het woord 'sekte' wel correct zijn.
Achtergrond: Hoewel een ieder het recht heeft om vrij te
geloven wat hij wil en desgewenst van geloof te
veranderen, zijn er helaas nog steeds mensen die een ander die vrijheid
niet kunnen geven.
Door aan het woord 'sekte' negatieve denkbeelden zoals 'vreemd',
'autoritair', 'bekrompen',
'fanatiek', 'eng', 'gevaarlijk', 'onberekenbaar', 'afwijkend' enzovoorts te
koppelen, is het
oorspronkelijk neutrale woord 'sekte' vervormd tot een label dat
stigmatiseert. Door het
opgeplakte label neemt de wederzijdse genegenheid af, wordt de communicatie
bemoeilijkt
en het vermogen de ander te begrijpen door vanuit diens gezichtspunt te
kijken, ondergraven.
Vervreemding en beangstiging zijn de technieken waarmee anti-sekten
groeperingen opereren:
familieleden of vrienden zullen pas genegen zijn van de hen aangeboden
diensten van
'deprogrammeurs' of 'exit-counselers' gebruik te maken wanneer zij het idee
hebben dat hun
familielid/vriend zich in gevaar bevindt. Ook autoriteiten zijn pas tot het
nemen van discriminerende
maatregelen bereid wanneer hen het idee is bijgebracht de gestigmatiseerde
daarmee 'te helpen'.
In het rapport 'Overheid en nieuwe religieuze bewegingen', in 1984
opgesteld in opdracht van
de vaste Commissie voor de Volksgezondheid naar aanleiding van de mede door
de S.O.S.
destijds veroorzaakte media-hetze, is aan de negatieve betekenis die aan
het begrip
'sekte' is gaan kleven uitgebreid aandacht besteed (blz. 11 t/m 15). Erin
te lezen is dat in het
wetenschappelijk taalgebruik, met name in de godsdienstsociologie, voorheen
van de term sekte
veelvuldig gebruik werd gemaakt.
"Sociologen Weber en
Troeltsch, die tot de grondleggers van de godsdienst sociologie worden
gerekend,
benaderden 'sekte' altijd in samenhang met 'kerk', waarbij 'sekte' en
'kerk' als twee tegengestelde begrippen
worden gezien met als onderscheidend criterium het al dan niet vrijwillige
karakter van het lidmaatschap.
De sekte is in die optiek een vrijwilligheidsgroepering, de kerk niet."
In de latere literatuur op godsdienstsociologisch en aanverwant terrein
wordt betoogd, dat op
grond van de sterke waardegeladenheid van het woord sekte de bruikbaarheid
ervan in het
wetenschappelijk verkeer tot nul is gereduceerd. R. Kranenborg
schreef in 1980:
"Zeker het bijvoeglijk
naamwoord 'sektarisch' heeft een negatieve klank. Het lijkt me daarom beter
het woord sekte niet meer te gebruiken: het is negatief".
J. van der Lans impliceerde hetzelfde in 1981 in de volgende passage:
"Het op zich neutrale
sociologische begrip 'sekte' heeft daardoor een pejoratieve [= ongunstige]
betekenis gekregen. Om die reden vermijden sommige auteurs liever het
liever het woord sekte... ".
Vervolgens vermijdt Van der Lans het woord 'sekte' en spreekt hij
consequent van 'nieuwe
religieuze bewegingen'. Het rapport:
"Deze laatste term begint
in Nederland ingang te krijgen in de serieuze literatuur, zoals onder meer
blijkt
uit de naam van het tijdschrift dat sedert drie jaar wordt uitgegeven en
waaraan de meeste onderzoekers op dit
terrein hun medewerking verlenen. Ook de term nieuwe religieuze bewegingen
kent nochthans zijn beperkingen;
sommige van de er algemeen toe gerekende bewegingen gaan terug op oude
tradities terwijl anderzijds de expliciete
accentuering van het godsdienstige karakter tot onbedoelde beperkingen
kan leiden. Voor ons is essentieel geweest
het objectieve en onbevooroordeelde karakter van het onderzoek niet te
belasten door het hanteren van een
omstreden begrip, ook al zijn er argumenten die hantering verdedigbaar
maken. Daarom wordt in dit rapport het
meer neutraal klinkende 'nieuwe religieuze bewegingen' gebezigd."
'Nieuw' wordt in het rapport gebruikt ter markering van de bewegingen die
na 1950
in Nederland zijn opgetreden. 'Religieus' wordt, na een verhandeling
over het verschil tussen
godsdienst enerzijds en levensovertuiging anderzijds en de vraag of een
bovennatuurlijke dimensie
een onmisbaar onderdeel is van een levensbeschouwelijke visie die als
religie kan worden betiteld,
opgevat "in de ruime zin van doelend op een
levensbeschouwelijke visie die meer is dan uitsluitend
een (rationalistische) levensovertuiging".
In de professionele literatuur worden de nieuwe religieuze bewegingen
aangeduid met de afkorting 'NRB'
terwijl voor de anti-sektenbeweging vaak de engelse afkorting 'ARM' (Anti
Religious Movement)
wordt gebruikt.
Nog enkele citaten uit de Slotbeschouwing (blz. 308-313) van het rapport:
"Gegeven zijn negatieve lading is het woord sekte niet gebruikt. De
vervangende term nieuwe religieuze beweging
is omschreven als 'een groep personen, die zich in de laatste tijd op
(religieus) levensbeschouwelijk gebied heeft
gemanifesteerd en die zich kenmerkt hetzij door een (charismatische)
leidersfiguur, hetzij door specifieke religieuze
opvattingen, hetzij door een specifiek groepsgedrag dan wel een combinatie
van deze facetten'. [.....] Vrijheid
van godsdienst is een van de grondrechten, die beogen de individuele burger
een sfeer van geestelijke vrijheid te
waarborgen. Dit grondrecht omvat niet alleen de vrijheid zijn eigen
geloofsopvattingen te huldigen, maar ook de
vrijheid deze opvattingen in de praktijk te brengen. Godsdienstvrijheid
geldt ook in de betrekkingen tussen
burgers onderling en houdt tevens organisatievrijheid op religieus gebied
in. Nochthans kan een beroep op dit
grondrecht geen rechtvaardiging vormen voor elke vorm van gedrag. De
uitoefening van godsdienst vindt haar
begrenzing in de algemenen regels van de formele wet. [.....] De
anti-sekten ideologie sorteert drie�rlei effect: zij
schaadt het imago van nieuwe religieuze bewegingen, zij verontschuldigt
(ex-)leden voor hun engagement met
deze bewegingen en zij rechtvaardigt pogingen om leden hun lidmaatschap te
doen be�indigen.
De anti-sektenbeweging is tamelijk succesvol geweest in de be�nvloeding van
de publieke opinie over nieuwe
religieuze bewegingen, doch is er tot heden nergens in geslaagd om
noemenswaardige invloed uit te oefenen op
het overheidsbeleid. [.....] Acties gericht op gedwongen uittreding van
leden (deprogrammeren) achten wij
ongerechtvaardigd en niet tolerabel."
Literatuur:
Strange Gods: The
Great American Cult Scare, (1981) van Bromley,
D.G. & A.D. Shupe, Boston: Beacon;bevat
volgens deskundigen Eileen Barker en Richard Singelenberg een inleidende en
goed leesbare studie over de
'sektenangst'.
Wegwijs in religieus en
levensbeschouwelijk Nederland, (2000) van E.G.
Hoekstra en M.H. Ipenburg,
ISBN 9043500283, is een grondig naslagwerk waarin de honderden religies,
kerken, religieuze en levensbeschouwlijke
groeperingen in Nederland zijn beschreven. Lees hieruit hun omschrijving
van het woord sekte.
Tijdschriftartikel
Skepter, jaargang 20, nr. 1: Een diploma op bestelling,
kritisch artikel over 'exitcounseler'
mevrouw
Sjoukje Drenth-Bruintjes i.v.m. het door haar voeren van een via het
Internet gekochte Dr.-titel.
Samenstelling:
Karel Jeelof
002