Scientology door Dr Bryan Wilson

vertaling en bewerking:

Richard Singelenberg.

Inhoudsopgave

Inhoud:

Ten geleide van de vertaler

Over de schrijver

Hoofdstuk 1 De ver- scheidenheid aan religies en het definitieprobleem

Hoofdstuk 2 De criteria van religie

Hoofdstuk 3: Niet-theïs- tische geloofssystemen

Hoofdstuk 4: De religieuze taal en de ontwikkeling van de christelijke theologie

Hoofdstuk 5: De sociale en morele functies van religie

Hoofdstuk 6: Een korte schets van Scientology

Hoofdstuk 7: Een socio- logische analyse van de ontwikkeling van de Kerk van Scientology

Hoofdstuk 8: Opvattingen over aanbidding en red- ding

Hoofdstuk 9: De visie op Scientology van academici

Hoofdstuk 10 Scientology en andere godsdiensten

Hoofdstuk 11: De reli- gieuze criteria toegepast op Scien- tology

Appendix


Ten geleide van de vertaler

Toen de Engelse tak van de Scientology Kerk enkele jaren geleden streefde naar de status van liefdadigheidsorganisatie, was het van fundamenteel belang dat de geloofsvoorstellingen van deze beweging als religie werden geaccepteerd. Op verzoek van Scientology breidde Bryan Wilson - inmiddels emeritus hoogleraar - een eerder geschreven artikel uit, hetgeen resulteerde in dit rapport. (zie Appendix).

Het is niet zo vreemd dat Wilson deze opdracht kreeg. Als godsdienstsocioloog stond hij in de jaren '50 aan de wieg van de sociologie van religieuze bewegingen (of, in de doorgaans negatieve bewoording 'sekten'). Het is Wilson geweest die de aanzet heeft gegeven om deze, maatschappelijk meestal zo omstreden fenomenen, zo gedistantieerd en neutraal mogelijk te beschrijven en te analyseren: op een terrein dat doorgaans wordt gekenmerkt door emoties en felle opposities een vaak hachelijke onderneming. Onder de godsdienstwetenschappers en godsdienstsociologen is zijn naam een begrip.

Wilson wil aantonen dat de leer van Scientology gerekend kan worden tot een religieus stelsel. Welnu, dan is het zaak om duidelijkheid te krijgen wat er precies onder religie wordt verstaan en of Scientology aan die voorwaarden voldoet. Dat eerste is gemakkelijker gezegd dan gedaan, want zoals zal blijken uit Wilson's betoog is onze opvatting over wat wel en geen religie is hoofdzakelijk bepaald door onze culturele bril. En die is, niet zo verbazingwekkend, fiks gekleurd door de christelijke traditie. Toegegeven, er zullen weinigen zijn die de islam en het hindoeïsme niet als een godsdienst zullen beschouwen, maar al te grote afwijkingen van het geijkte godsdienstige stramien worden al snel met argusogen aanschouwd. De oerhollandse uitdrukking 'Wat de boer niet kent, dat vreet ie niet' is bij uitstek toepasbaar op onconventioneel religieus gedrag.

Om de culturele invloed op het begrip religie tegen te gaan, hanteert Wilson een theoretische optiek op religie, die in principe universeel toepasbaar is. Hij heeft hierbij geput uit de ontwikkelingen uit de vergelijkende godsdienstwetenschappen en de godsdienstsociologie.

Het zal duidelijk worden, dat religie, op deze manier gedefinieerd, niet alleen inhoudelijk gespeend is van de klassieke christelijke theologische opvattingen, maar tevens van andere religieuze leerstellingen. Bijvoorbeeld, wat is de inhoud en betekenis van begrippen als ziel, mantra en thetan, en hoe kunnen we deze termen uit drie totaal verschillende religies onder één noemer brengen.

Wilson illustreert zijn argument met talloze voorbeelden uit andere godsdiensten. Zo wordt bijvoorbeeld duidelijk dat Scientology opmerkelijk veel kenmerken gemeen heeft met Christian Science, een uit Amerika afkomstige religieuze groepering die al bijna een eeuw oud is en zich inmiddels, hoofdzakelijk in de westerse wereld, een onopvallende doch respectabele positie heeft verworven. Ook laat hij zien hoeveel verwantschap er bestaat tussen bepaalde opvattingen van Scientology en de reïncarnatiegedachten uit de oosterse godsdiensten. Maar dit alles dient slechts als opstapje tot zijn eigenlijke betoog, namelijk, voldoet Scientology aan de criteria die hij in het abstracte model presenteert. Aan de hand van een grondig en klassiek opgebouwd wetenschappelijk betoog beantwoordt hij die vraag bevestigend. Wat nu gaat volgen is een les over cultureel relativisme.

Richard Singelenberg is cultureel antropoloog, gespecialiseerd op het terrein van religieuze bewegingen. Hij heeft, zowel in de vakliteratuur als in pers, uitgebreid over dit thema gepubliceerd.

Over de schrijver

Professor Dr Bryan Ronald Wilson is emeritus hoogleraar in de sociologie aan de universiteit van Oxford. Gedurende meer dan 40 jaar heeft hij onderzoek verricht onder religieuze bewegingen in Engeland en daarbuiten (waaronder de Verenigde Staten, Ghana, Kenya, België en Japan).

Hij was gasthoogleraar aan o.a. de Universiteit van Californië in Berkeley (VS) en aan universiteiten in Ghana, Padua, Leuven, Toronto, Bangkok en Melbourne. Gedurende vele jaren was hij redactielid van toonaangevende vaktijdschriften als de Journal for the Scientific Study of Religion en de Annual Review of the Social Science of Religion. Van 1972 tot 1975 en in 1991 was hij voorzitter van de Conference Internationale de Sociologie Religieuse, de wereldwijde organisatie van deze onderzoeksdiscipline. In 1992 ontving hij een eredoctoraat van de Universiteit van Leuven. In 1994 werd hij gekozen tot lid van de British Academy.

Hij is als getuige-deskundige op het gebied van religieuze sekten opgeroepen voor rechtszaken in Engeland, Nederland, Nieuw-Zeeland en Zuid-Afrika. Ook het Engelse Lagerhuis en een onderzoekscommissie van het Britse Ministerie van Binnenlandse Zaken hebben hem benaderd voor zijn expertise op dit terrein.

Hij heeft negen boeken gepubliceerd die hetzij in zijn geheel, hetzij gedeeltelijk, religieuze bewegingen als onderwerp hebben:

Sects and Society: the Sociology of Three Religious Groups in Britain, Londen: Heinemann, en Berkeley: University of California Press, 1961; (herdrukt in 1978 door Greenwood Press)

Patterns of Sectarianism (redactie), Londen: Heinemann, 1967

Religious Sects, Londen: Weidenfeld & Nicholson; New York: McGraw Hill, 1970. (ook vertaald in het Frans, Duits, Spaans, Zweeds en Japans)

Magic and the Millennium, Londen: Heinemann; New York: Harper & Row, 1973

The Noble Savages, Berkeley: University of California Press, 1975 (o.a. vertaald in het Nederlands: 'Charismatisch Leiderschap', Spectrum, 1978)

Contemporary Transformations of Religion, Londen: Oxford University Press, 1976. (ook vertaald in het Italiaans en Japans)

The Social Impact of the New Religious Movements (redactie), New York: Rose of Sharon Press, 1981

Religion in Sociological Perspective, Oxford: Clarendon Press, 1982 (ook vertaald in het Italiaans; een Japanse vertaling is in voorbereiding)

The Social Dimensions of Sectarianism, Oxford: Clarendon Press, 1990

A Time to Chant: the Soka Gakkai Buddhists in Britain (met K.Dobbelaere), Oxford: Clarendon Press, 1994. (Een Japanse vertaling is in voorbereiding)

Hij heeft tevens ruim 25 artikelen over religieuze bewegingen geschreven die verschenen zijn in bundels en vaktijdschriften in Engeland, de Verenigde Staten, Frankrijk, België en Japan.