Scientology: De kenmerken van godsdienst

door Dr. Frank K. Flinn

Buitengewoon hoogleraar in de theologische wetenschappen. Washington Universiteit St. Louis, Missouri, USA

Inhoudsopgave  

Inhoud

bulletI.   Inleiding
bulletII.  Samenstel van geloofselementen
bulletIII. Godsdienstige gebruiken
bulletIV. Kerkgemeenschap
bulletV. Scientology eredienst

Scientology: De kenmerken van godsdienst

I. Inleiding

Tegenwoordig ben ik zelfstandig werkzaam als schrijver, redacteur, spreker en adviseur op het gebied van theologie en godsdienst. Daarnaast ben ik werkzaam als buitengewoon hoogleraar in de theologische wetenschappen aan de Washington Universiteit in St. Louis, Missouri.

Ik behaalde mijn baccalaureaat in de filosofie (1962) aan de Universiteit van Quincy, in Quincy, Illinois; een baccalaureaat in de theologie (1966), magna cum laude, aan de Harvard Universiteit in Cambridge, Massachusetts; en mijn doctoraal in bijzondere godsdienst-wetenschappen (1981) aan de theologische faculteit van de Universiteit van het St. Michael's College in Toronto, Ontario. Ik heb tevens voortgezette studies gevolgd aan de Harvard Universiteit, de Universiteit van Heidelberg, Duitsland, en de Universiteit van Pennsylvania. Aan de Universiteit van Heidelberg was ik van 1966-67 lid van het Fulbright genootschap voor filosofie en oude oriëntaalse godsdiensten. Aan de Universiteit van Pennsylvania maakte ik van 1968-69 deel uit van het National Defense genootschap voor vreemde talen, sectie VI, semitische talen.

Sinds 1962 heb ik een intensieve studie gemaakt van religieus-sektarische bewegingen van vroeger en nu. Een deel van mijn doctorale studie was speciaal gewijd aan de opkomst van nieuwe godsdienstige bewegingen na de tweede wereldoorlog, in de Verenigde Staten en daarbuiten. Daarbij stelde ik ook een onderzoek in naar de geloofsleer van en het levenspatroon en het religieus taalgebruik binnen deze nieuwe godsdiensten, alsmede naar ambtsvervulling, motivatie en oprechtheid, alsmede hun materiële status. Aan de Washington Universiteit geef ik regelmatig een cursus getiteld De religieuze praktijk in Noord-Amerika, waarbij ook aandacht wordt geschonken aan nieuwe godsdienstige bewegingen. Naast mijn wetenschappelijke interesse voor godsdiensten heb ik een al vele jaren durende persoonlijke binding met het godsdienstig leven. Van 1958 tot 1964 was ik lid van de Orde van de Minderbroeders, algemeen bekend als de Franciscanen. Gedurende deze periode stond mijn leven in het teken van de gelofte van armoede, kuisheid en gehoorzaamheid, zodat ik veel aspecten van de religieuze levenswijze uit eigen ervaring heb leren kennen.

Terug naar begin

Voorafgaand aan mijn huidige bezigheden heb ik les gegeven aan het Maryville College in St. Louis, Missouri, 1980-81; de Universiteit van St. Louis in St. Louis, Missouri, 1977-79, waar ik voorzitter was van de promotiecommissie van de faculteit voor godsdienst en opvoeding; de Universiteit van Toronto in Ontario, 1976-77, waar ik docent was in vergelijkende theologie; het St. John's College in Santa Fe, New Mexico, 1970-75, als docent bijbelstudie; het LaSalle College in Philadelphia, Pennsylvania, zomersemesters 1969-73, als lector bijbelstudie en antropologische theologie; het Boston College in Boston, Massachusetts, 1967-68, als lector bijbelstudie; en het Newton College van het Heilige Hart in Newton, Massachusetts, eveneens als lector bijbelstudie.

Ik ben permanent lid van de American Academy of Religion. Ik ben praktizerend rooms-katholiek en lid van de Allerheiligen parochie in University City, Missouri.

Sinds 1968 heb ik lezingen gehouden en geschreven over een groot aantal nieuwe godsdienstige bewegingen die in Noord-Amerika en elders in de 19e en 20e eeuw zijn ontstaan. Tijdens mijn lectoraten in antropologische theologie (LaSalle College), vergelijkende theologie (Universiteit van Toronto), de religieuze praktijk in Amerika (Universiteit van St. Louis), en de religieuze praktijk in Noord-Amerika (Washington Universiteit), heb ik mij bezig gehouden met godsdienstige verschijnselen als de Great Awakening, de Shakers, de Mormonen, de Zevende-dag Adventisten, de Jehova's Getuigen, New Harmony, Oneida, Brook Farm, Eenwording, Scientology, Hare Krishna, en andere. Ik heb een aantal artikelen gepubliceerd en ben eindredacteur geweest van boeken over nieuwe godsdiensten. Ik geef geen oordeel over bestaande godsdienstige groeperingen, tenzij ik een dergelijke groepering gedurende langere tijd uit de eerste hand heb leren kennen. Ik heb verklaringen afgelegd over uiteenlopende aspecten van de nieuwe godsdiensten voor het Amerikaanse Congres, de wetgevende macht van Ohio, de stadsraad van New York, en de wetgevende macht van Illinois en Kansas. Ik heb lezingen gegeven over het onderwerp nieuwe godsdiensten aan opleidingsinstituten en universiteiten en op congressen in de Verenigde Staten, Japan, China en in Europa.

Vanaf 1976 heb ik een diepgaande studie gemaakt van de Scientology Kerk. Ik heb in voldoende mate kennis genomen van de uitgebreide reeks publicaties van Scientology (haar geschriften) om inzicht te krijgen in de hierin verwoorde opvattingen. Ik heb Scientology kerken bezocht in Toronto; St. Louis; Portland, Oregon; Clearwater, Florida; Los Angeles en Parijs, waar ik mijzelf vertrouwd heb gemaakt met de dagelijkse gang van zaken binnen de Kerk. Ik heb ook een groot aantal leden van de Scientology Kerk geïnterviewd. Bovendien ben ik op de hoogte van de inhoud van de meeste publicaties over Scientology, variërend van objectieve wetenschappelijke verhandelingen tot journalistieke berichtgeving, zowel in positieve als in negatieve zin.

Terug naar begin

Als wetenschapper in vergelijkende theologie ga ik uit van de stelling, dat drie eigenschappen of kenmerken, die in alle godsdiensten ter wereld zijn voorkomen, bepalend zijn voor de vaststelling of een beweging als godsdienst, en of een groepering als kerk kan worden aangemerkt. Deze drie kenmerken wil ik in het navolgende definiëren:

bullet(a) Ten eerste moet een godsdienst beschikken over een samenstel van geloofselementen of beginselen die de gelovigen verbinden met de ultieme zin van het leven (God, het Opperwezen, het Innerlijke Licht, de Oneindige, etc.).
bullet(b) Ten tweede moet het samenstel van geloofselementen resulteren in godsdienstige gebruiken die kunnen worden onderverdeeld in 1) gedragsnormen (constructieve geboden en afwijzende verboden of taboes), en 2) riten en ceremoniën, handelingen en andere gewoontes (sacramentele handelingen, wijdingen, inzegeningen, preken, gebeden, begrafenisplechtigheden, huwelijken, meditatie, louteringen, bestudering van de schriften, zegeningen, etc.).
bullet(c) Ten derde moeten het samenstel van geloofselementen en de gebruiken een groep gelovigen samenbrengen die een herkenbare gemeenschap vormen met een hiërarchische of congregationalistische bestuursvorm, die zich kenmerkt door een geestelijke levenswijze die in overeenstemming is met de ultieme zin van het leven zoals die door de aanhangers wordt ervaren. Niet bij alle godsdiensten is ieder van deze kenmerken even zwaarwegend, maar bij alle godsdiensten zijn deze wel aantoonbaar aanwezig.

Op basis van deze drie kenmerken, alsmede op basis van mijn onderzoek naar de Scientology Kerk, kan ik zonder aarzeling verklaren dat de Scientology Kerk een bonafide godsdienst is. Zij beschikt over alle essentiële kenmerken van godsdiensten overal ter wereld: (1) een duidelijk omlijnd samenstel van geloofselementen, (2) die resulteren in godsdienstige gebruiken (constructieve en afwijzende gedragsnormen, godsdienstige riten en ceremoniën, handelingen en gewoontes), en die (3) een groep gelovigen als grondslag dienen voor een herkenbare godsdienstige gemeenschap die zich onderscheidt van andere godsdienstige gemeenschappen.

Terug naar begin

II. Samenstel van geloofselementen

Ter beoordeling van het samenstel van geloofselementen bij Scientology staat een ruime hoeveelheid religieus materiaal ter beschikking waaruit de wetenschapper kan putten. Verder moet de wetenschapper zich bewust zijn van het feit dat Scientology, zoals elke andere godsdienstige traditie in de geschiedenis, een organische entiteit is, die een ontwikkeling heeft doorgemaakt en deze nog steeds doormaakt. Hier kunnen worden genoemd de belangrijkste geschriften van L. Ron Hubbard, zoals Dianetics: The Modern Science of Mental Health [Dianetics: de moderne wetenschap van geestelijke gezondheid], Scientology: The Fundamentals of Thought [Scientology: de grondbeginselen van het denken], The Phoenix Lectures [De Phoenix-lezingen], alsmede de omvangrijke scholings- en managementhandboeken, maar deze vormen slechts de top van de ijsberg van Scientology geschriften. Alles draait echter vooral om de geschriften van L. Ron Hubbard, die de enige bron van inspiratie is voor alle Scientology leerstellingen die betrekking hebben op auditing en training. Uit mijn gesprekken met Scientologen en mijn bestudering van de Scientology geschriften is gebleken dat leden van de Kerk fundamentele beginselen onderschrijven, waarin zij belijden dat de mens in principe goed is, dat de geest kan worden gered en dat genezing van zowel lichamelijke als geestelijke kwalen ontspruit aan de geest. Volledig weergegeven luiden deze beginselen:

Wij, leden van de Kerk, geloven:

bulletDat alle mensen, ongeacht ras, huidkleur of overtuiging, zijn geschapen met gelijke rechten;
bulletDat alle mensen het onvervreemdbaar recht hebben op hun eigen godsdienstige gebruiken en de uitoefening daarvan;
bulletDat alle mensen het onvervreemdbaar recht hebben op hun eigen leven;
bulletDat alle mensen het onvervreemdbaar recht hebben op hun gezondheid;
bulletDat alle mensen het onvervreemdbaar recht hebben zichzelf te verdedigen;
bulletDat alle mensen het onvervreemdbaar recht hebben hun eigen organisaties, kerken en regeringen in het leven te roepen, te kiezen, behulpzaam te zijn en te ondersteunen;
bulletDat alle mensen het onvervreemdbaar recht hebben op vrijheid van gedachte, vrijheid van meningsuiting in woord en geschrift, en op de vrijheid in woord en geschrift de meningen van anderen te weerleggen;
bulletDat alle mensen het onvervreemdbaar recht hebben zich voort te planten;
bulletDat de menselijke ziel de rechten van de mens heeft;
bulletDat het onderzoek van het verstand en de genezing van geestelijke kwalen niet mag worden vervreemd van godsdienst of buitenkerkelijk worden toegestaan;
bulletEn dat geen instantie anders dan God de macht heeft deze rechten op te schorten of naast zich neer te leggen, openlijk noch heimelijk.
bulletEn wij, leden van de Kerk, geloven:
bulletDat de mens in principe goed is;
bulletDat hij tracht te overleven;
bulletDat dit overleven afhangt van hemzelf en zijn medemensen en van zijn verworvenheid van de broederschap van het universum.
bulletEn wij, leden van de Kerk, geloven dat Gods wetten de mens verbieden:
bulletZijn eigen soort te vernietigen;
bulletDe gezondheid van een ander te ruïneren;
bulletDe ziel van een ander te vernietigen of onderwerpen;
bulletDe overlevingskansen van zijn lotgenoten of de groep waartoe hij behoort teniet te doen of te verkleinen.
bulletEn wij, leden van de Kerk, geloven dat de ziel kan worden gered en dat alleen de ziel het lichaam kan redden of genezen.

Deze beginselen berusten op de Scientology leer van de Acht Dynamieken en zijn hierop een aanvulling. Een "dynamiek" is een drang, impuls of neiging om te overleven op de niveaus van het Zelf, seks (waaronder begrepen het stichten van een gezin), groepen, de hele mensheid, alle levende wezens, het complete fysische universum, de geest, en - tenslotte - de Oneindigheid of God. Anders dan bepaalde gepopulariseerde voorstellingen van Scientology zouden kunnen doen geloven, heeft de Kerk altijd geloofd in het spirituele en, vooral, in een Opperwezen. In de eerste uitgaven van Scientology: The Fundamentals of Thought, staat uitdrukkelijk: "De Achtste Dynamiek (...) is de drang naar een bestaan als Oneindigheid (Scientology: The Fundamentals of Thought [Scientology: de grondbeginselen van het denken], Los Angeles: The Church of Scientology in California [De Scientology Kerk in Californië], 1956). De doorsnee gelovige wordt geacht, gedurende zijn of haar tijd als volgeling van Scientology, het Zelf zo volledig mogelijk met behulp van alle acht dynamieken te verwezenlijken, en zo een voorstelling te ontwikkelen van een Opperwezen of, zoals Scientologen bij voorkeur zeggen, Oneindigheid.

Terug naar begin

Scientologen definiëren de geestelijke essentie van het menselijk bestaan als de "thetan", die moet worden gezien als een gelijkwaardige tegenhanger van het traditionele begrip ziel. Zij geloven dat deze thetan onsterfelijk is en in vorige levens in verschillende lichamen heeft gehuisd. De Scientology theorie van eerdere levens heeft veel gemeen met de boeddhistische leer van samsara, ofwel zielsverhuizing. In par. III (a) van dit stuk wordt verder ingegaan op de ziel.

Deze leerstellingen of beginselen van Scientology kunnen worden vergeleken met de klassieke christelijke geloofsbelijdenis van Nicea (325 n.Chr.), de lutherse belijdenis van Augsburg (1530 n.Chr.) en de presbyteriaanse belijdenis van Westminster (1646 n.Chr.), omdat zij, evenals deze oudere geloofsbelijdenissen, de hoogste waarden van het leven voor de gelovige precies omschrijven, voorschriften geven voor gedrag en eredienst in overeenstemming met die beginselen, en een groep aanhangers afbakenen wie deze beginselen onderschrijven. Evenals de klassieke geloofsbelijdenissen geven de beginselen van de Scientology Kerk inhoud aan bovenzinnelijke werkelijkheden: de ziel, geestelijke afdwalingen ofwel zonde, genezing door middel van de geest, de vrijheid van de gelovige, en de geestelijke gelijkheid van iedereen.

Overeenkomstig hun beginselen maken de Scientologen onderscheid tussen het "reactieve" of passieve (onbewuste) verstand en het "analytische" of actieve verstand. In het reactieve verstand worden - wat aanhangers noemen - "engrams" opgeslagen, geestelijke sporen van pijn, onrecht of belasting. Het reactieve verstand wordt geacht engrams te bevatten die teruggaan tot het embryonale stadium en zelfs verder terug, tot in eerdere levens. Deze theologische betekenis van "engrams" lijkt sterk op de boeddhistische leerstelling van de "kluwen van verwarring" die is overgebleven van eerdere reïncarnaties en een belemmering vormen voor het bereiken van de staat van verlichting. Scientologen geloven dat, zolang iemand niet is bevrijd van deze engrams, het vermogen om te overleven op het vlak van de acht dynamieken, geluk, verstandelijk vermogen en geestelijk welzijn sterk verminderd is. Deze overtuiging of spirituele kennis is het uitgangspunt om aanhangers ertoe te bewegen de vele niveaus van auditing en training, die de kern vormen van de religieuze gebruiken van Scientology, te doorlopen. Op auditing en training zal ik in paragraaf III nader ingaan. Een nieuwbekeerde ofwel beginner in het auditing/training proces wordt preclear genoemd, en iemand die alle engrams heeft verwijdert noemt men een Clear. Het verschil tussen deze twee begrippen is vergelijkbaar met het onderscheid dat het christendom maakt tussen zonde en genade en het boeddhisme tussen onverlicht (Sanskrit: avidya) en verlicht (bodhi).

Scientologen bedoelen met "Clearing" niet alleen maar persoonlijk welbevinden. Zij geloven dat auditing en training een positief effect hebben op iemands gezin, de groep waarvan hij/zij deel uitmaakt, haar/zijn omgeving en invloedssfeer. Met andere woorden, het positieve effect manifesteert zich op alle acht niveaus van de "dynamieken". Scientologen geloven ook, dat zij de verantwoordelijkheid op zich moeten nemen voor het verbeteren van de wereld rond zichzelf en dat zij anderen behulpzaam moeten zijn bij het bereiken van de staat van Clear. Zij geloven dat, wanneer genoeg mensen de staat van Clear hebben bereikt, het kerndoel van Scientology, zoals dit is verwoord door L. Ron Hubbard, zal zijn bereikt: "Een beschaving zonder krankzinnigheid, zonder criminelen en zonder oorlog, waar de bekwamen kunnen gedijen en oprechte schepselen rechten hebben, en waar de mens vrij is om tot grotere hoogten te stijgen." (L. Ron Hubbard, Scientology: The Fundamentals of Thought [Scientology: de grondbeginselen van het denken]. Los Angeles: The Church of Scientology in California [De Scientology Kerk in Californië], 1956). In dit zoeken naar verwijdering van de oorzaken die leiden tot wantrouwen, oorlog en zelfvernietiging verschilt Scientology niet van alle andere missie- of evangelische godsdiensten, te weten het boeddhisme, de joodse leer, het christendom en de islam.

Drie aspecten van het doel van Scientology, "het Clear maken van onze planeet", wat zoveel wil zeggen als het tot stand brengen van een nieuwe beschaving, tonen aan dat de geloofselementen van de Kerk geheel overeenkomen met de opzet van de grote historische godsdiensten, in verleden en heden. Deze drie aspecten zijn (a) de missionaire eigenschappen, (b) de universaliteit en (c) de ultieme bewogenheid en toewijding.

Terug naar begin

(a) Ten eerste, de godsdienstige zoektocht van Scientology wordt gezien als een heilige roeping, gericht aan en beschikbaar voor iedereen. Zo werd aan bijbelse profeten, als Amos, Jesaja en Jeremia geopenbaard, dat zij ertoe waren geroepen alle volkeren, waar dan ook, de boodschap van vrede, gerechtigheid en liefde te verkondigen. Zo voelden ook de boeddhistische missionarissen vanaf de tweede eeuw v. Chr. de roeping om de boodschap van de Boeddha door het hele Verre Oosten te verspreiden, inclusief China, Indo-China, Indonesië, Korea en Japan. Tegenwoordig verkondigen Japanse boeddhistische missionarissen hun boodschap in Europa en Amerika. Zo vond ook Jezus van Nazareth dat zijn boodschap overal moest worden gehoord en zond daarom zijn discipelen naar alle volkeren. Het zendingsaspect van de islam is zo sterk dat het hedentendage de sterkst groeiende historische godsdienst ter wereld is, vooral in Afrika en Oost-Azië. Gezien de toewijding waarmee Scientology te werk gaat om de planeet "Clear" te maken, teneinde een nieuwe beschaving tot stand te brengen, komen haar missionaire inspanningen geheel overeen met het patroon van de grote historische godsdiensten.

(b) Ten tweede, Scientology ziet haar opdracht als wereldomvattend. Bijgevolg heeft zij open missiecentra in alle delen van de wereld opgezet, om auditing en training algemeen beschikbaar te maken. De duidelijkste historische parallel met traditioneel-historische godsdienst is de opdracht van Jezus aan zijn discipelen: "Gaat daarom heen en verkondig de boodschap aan alle volkeren, en doop hen in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest" (Mattheüs 28:19). In de achtste eeuw v. Chr. werd de joodse profeet Amos geroepen om Gods woord niet alleen te verkondigen in Judea en Israël, maar ook uit te dragen naar Damascus, Gaza, Ashkelon, Tyrus, Sidon en Edom, allemaal "heidense" kanaänitische stadstaten die Israëls geloof in de God der Vaderen niet deelden (Amos, hfst. 1-2). Tegenwoordig bouwen moslems complete moskeeën in steden als Londen, Los Angeles, Toronto en zelfs Seoul, omdat zij geloven in de universele waarde van het woord van de profeet Mohamed. Evenzo brengen boeddhistische en hindoeïstische geestelijke leiders hun geheiligde leer en levensopvattingen naar ons, omdat zij ervan overtuigd zijn dat hun leer universeel toepasbaar is. En ook in dit verband gaat Scientology te werk volgens het patroon van de historische godsdiensten, door de wereldwijde verspreiding van haar auditings- en trainingstechnieken, waarvan de Scientology missionarissen geloven dat zij van voordeel zijn voor de hele mensheid.

(c) Ten derde, Scientology volgt vastberaden haar doel, zoveel mensen bij te staan in het komen tot de staat van "Clear", dat het tij van de beschaving ten goede kan keren. Dit doel stoelt op ultieme bewogenheid en toewijding. Een kernpunt van elk van de grote godsdiensten is het onderwijzen in de leer, om haar volgelingen een dwingende motivatie te verschaffen haar religieuze opdracht wereldwijd met nadruk en uiterste inspanning te vervullen.

Terug naar begin

De boeddhist vindt dit kernpunt in het godsdienstige begrip "bevrijding" (moksa) van de verstrikkende banden van aardse verlangens en de schenking van gelukzaligheid in onzelfzuchtige gedachten (nirwana). De boeddhistische schriftuur Dhamapada laat Boeddha zeggen: Alle dakspanten [van mijn oude huis] zijn gebroken, de nokbalk is versplinterd; mijn gedachten zijn gezuiverd van waandenkbeelden; het verlangen is uitgeroeid en overwonnen" (par. 154). Het ultieme karakter van dit ontwaken is altijd de motivatie geweest van iedere boeddhistische monnik en missionaris, en is dit nog steeds.

Zoals al eerder opgemerkt, lijkt het geloof in eerdere levens bij Scientology sterk op de boeddhistische voorstelling van samsara; evenzeer vertoont het Scientology begrip "Clearing" vergaande overeenkomsten met het boeddhistische geloof in moksa. Zoals boeddhistische missionarissen in het verleden het bewustzijn van de mens wilden "bevrijden" van aardse verlangens, zo streeft de Scientology missionaris ernaar iedereen in de gelegenheid te stellen, door de staat van "Clear" te bereiken, te worden verlost van engrams die het algemeen overleven, de vrede en de welstand in de weg staan.

Zen boeddhisten in Japan streven naar satori, of "plotselinge verlichting" voor de hele mensheid, en de kracht van dit geloof heeft hen ertoe doen besluiten kloosters in Amerika en Europa te stichten. Het moslem geloof in de hoogste waarheid van het woord van de profeet Mohamed - verwoord in de belangrijke shahada: "Er is geen God buiten Allah, en Mohamed is zijn profeet" - geeft de missionarissen van de islam de innerlijke kracht, wereldwijd te proberen mensen te bekeren. In de bijbelse traditie was en is het overtuigende kernpunt van het geloof, namelijk het vaste vertrouwen dat God de mens wil verlossen en de hele mensheid wil redden, de aansporing tot de missie- en zendingsactiviteiten. Zo zag de bijbelse profeet Jesaja in Gods verlossing van alle volkeren de schepping van een hemels Jeruzalem op aarde, waar de hele mensheid de enige, ware God zou eren (Jesaja 66:22-23).

In het Nieuwe Testament wordt de bevrijding die God bewerkte door middel van Jezus Christus door de apostel Paulus niet alleen beschouwd als de verlossing van de christenen, of zelfs van de hele mensheid, maar als een belofte van algemene bevrijding, herstel, en een nieuwe schepping van de kosmos zelf (Romeinen 8:19-23). In deze context gezien komt het Scientology geloof in de opdracht tot "Clearing van de planeet" om een vernieuwde beschaving tot stand te brengen in wezen overeen met de ultieme overtuigingen die de beweegredenen en het geloof van 's werelds grote historische godsdiensten kenmerken.

Terug naar begin

III. Godsdienstige gebruiken

Wat betreft godsdienstige gebruiken kent Scientology de typische ceremoniële religieuze conventies die we ook vinden bij de andere godsdiensten van deze wereld, namelijk de initiëring of doop (bij Scientology met "naamgeving" aangeduid), huwelijksinzegeningen, begrafenisplechtigheden, etc. Een van de belangrijkste godsdienstige gebruiken van Scientology, dat andere godsdiensten niet kennen, is echter auditing, dat kan worden vergeleken met de stijgende niveaus van meditatie en bezinning bij rooms-katholieken, boeddhisten en vedantistische hindoes. Een begeleidend verschijnsel van auditing is de Scientology training, waarop ik hierna dieper zal ingaan (par. III b).

(a) Auditing is een godsdienstig instructief proces, waarin geestelijk leidsmannen (getrainde Scientology geestelijken) aanhangers door de verschillende niveaus van geestelijke verlichting leiden. Scientologen geloven dat zij met het doorlopen van dit geleidelijk voortschrijdend proces van auditing ertoe bijdragen de ziel, of "thetan", te bevrijden van kwelling en pijn, ofwel "engrams". De verschillende stadia van auditing worden "graden" of "niveaus" genoemd, en deze worden aangegeven op de Scientology "Classificatie-, Gradatie- en Bewustzijnstabel". Deze tabel geeft een metaforische voorstelling van de te overbruggen afstand tussen de lagere en de hogere niveaus van het geestelijk bestaan. Scientologen noemen de tabel "De Brug naar Totale Vrijheid", of gewoon "De Brug". De Brug beschrijft nauwkeurig het geestelijk continuüm, beginnend bij het negatieve "niet-bestaan", via de middenniveaus "communicatie", "verlichting", "bekwaamheid", tenslotte naar "Clearing", "bron" en uiteindelijk "controle over alle acht dynamieken". Het merendeel van de godsdienstige gebruiken bij Scientology is gewijd aan auditing en trainingscursussen om tot verlichting te komen, alsmede de training van auditors, die de geestelijke raadslieden van de Kerk zijn. Deze oplopende stadia vertonen een opmerkelijke gelijkenis met de stadia en niveaus van geestelijke verlichting in de bekende christelijke traktaten Reis van het verstand naar God van de middeleeuwse franciscaanse theoloog St. Bonaventura, en de Geestelijke oefeningen van de H. Ignatius van Loyola, grondlegger van de jezuïeten. Het geestelijke doel van auditing is, eerst "Clear" worden van schadelijke "engrams" en daarna een volwaardige "Operating Thetan" (OT) te worden, zodat men "veroorzakend" is over "leven, gedachte, materie, energie, ruimte en tijd". Hoewel Scientologen bij lichamelijke kwalen het raadplegen van een arts niet afwijzen, zijn zij sterk gekant tegen het gebruik van psychotrope geneesmiddelen die, naar hun overtuiging, de geestelijke en spirituele genezing van de ziel belemmeren in plaats van ondersteunen.

(b) Het tweede van de meest essentiële godsdienstige gebruiken bij Scientology is de training, die een uitgebreide bestudering vergt van de geschriften van de Kerk. Hoewel de opleiding van individuele auditors die bekwaam zijn om de leden in het auditing proces bij te staan een belangrijk onderdeel van de training is, heeft de auditor training ook een even belangrijke persoonlijke, geestelijke component. Zoals hieronder nader wordt uiteengezet is dit geestelijke aspect in overeenstemming met de nadruk die bij Scientology en oosterse godsdiensten wordt gelegd op meditatieve en instructieve eredienst in plaats van een eredienstviering die bij de meeste westerse godsdiensten prevaleert. Volgens de Scientology beginselen is de helft van de geestelijke vooruitgang die leden boeken bij het afleggen van hun weg over de Brug te danken aan training.

Terug naar begin

IV. Kerkgemeenschap

Net als iedere mij bekende godsdienst kent Scientology een gemeenschapsleven en een kerkelijke organisatiestructuur, die beide dienen om het geloof levend te houden en uit te dragen en om de godsdienstige gebruiken intact te houden. In kerkelijk opzicht is de Scientology Kerk meer hiërarchisch dan congregationalistisch georganiseerd. Bij congregationalistisch bestuurde kerken ligt het gezag in handen van plaatselijk gekozen kerkelijke ambtsdragers, die besluiten nemen over het herformuleren van geloofselementen (leerstellingen) en godsdienstige gebruiken, alsmede over het te voeren kerkelijk beleid. De meeste protestantse kerkgenootschappen in de Verenigde Staten hebben een congregationalistische bestuursvorm. Zij oefenen zogezegd gezag uit van beneden naar boven. Hiërarchisch gestructureerde godsdiensten, daarentegen, oefenen gezag uit door middel van benoeming en overdracht van autoriteit van boven naar beneden, ofwel uitgaande van een centraal staand religieus symbool als de Opperste Priester (paus) bij het rooms-katholicisme en de Dalai Lama bij het Tibetaanse boeddhisme, of vanuit een centraal uitvoerend orgaan zoals de synode van bisschoppen of een raad van ouderen. Mijn onderzoek van de Scientology Kerk heeft uitgewezen dat hier de klassieke hiërarchische bestuursvorm wordt toegepast.

Ik zal op deze plaats een kort overzicht geven van de organisatie van de Scientology Kerk. L. Ron Hubbard, die overleed in 1986, was en blijft de exclusieve bron van de godsdienstige beginselen en technieken van Scientology, met inbegrip van de bovenste OT niveaus. De hoogste kerkelijke macht bij de Scientology Kerk ligt bij de Church of Scientology International (CSI) en het Religious Technology Center (RTC). CSI is de moederkerk, die vooral het verspreiden van de Scientology beginselen over de wereld als taak heeft. De allerbelangrijkste functie van het RTC is het in stand houden, verkondigen en beschermen van de zuiverheid van de Scientology technieken en te waarborgen dat deze op gepaste en ethische wijze worden toegepast, overeenkomstig de dogma's van het geloof. De opgaven van het RTC lopen sterk uiteen, net als die van de Congregatie voor de Geloofsleer bij de rooms-katholieke kerk.

Terug naar begin

Scientology Missions International (SMI) fungeert als moederkerk voor de missiekerken overal ter wereld. Deze organisatiestructuur lijkt erg op die van de First Church of Christian Science in Boston, die eveneens fungeert als moederkerk voor alle andere Christian Science kerken. Voor alle disputen over de geloofsleer is het RTC bij Scientology de hoogste en beslissende beroepsinstantie, zoals het Vaticaan en zijn congregaties de beslissende beroepsinstanties zijn bij de rooms-katholieke kerk.

De Sea Organization mag hier niet onvermeld blijven. Deze is samengesteld uit leden van de Scientology Kerk die de gelofte van dienstbaarheid afleggen "voor de tijd van een miljard jaar", daarmee hun verbintenis onderstrepend dat zij de Kerk zullen dienen in dit leven en in talloze levens daarna. De Sea Org is voor Scientology geworden wat de jezuïeten zijn voor het rooms-katholicisme. Bijna alle leiders van de Kerk zijn uit de rangen van de Sea Org voortgekomen.

Scientology beschrijft zichzelf soms als een "toegepaste godsdienstige filosofie". Sommigen hebben deze uitdrukking aangevoerd voor hun stelling dat Scientology geen godsdienst is. Maar, zoals eerder al opgemerkt, hebben mijn onderzoek naar de leer van de kerk en gesprekken met leden aangetoond, dat Scientology alle kenmerken bezit die sinds de vroegste geschiedenis bij alle godsdiensten ter wereld gemeengoed zijn: een doorwrocht stelsel van geloofselementen, regelmatig gepraktizeerde godsdienstige gebruiken en een hiërarchisch kerkelijk bestuurssysteem. Bovendien kan het woord "filosofie" verschillende betekenissen hebben en is dan ook niet onverenigbaar met het woord "godsdienst". Letterlijk betekent het woord filosofie "wijsbegeerte" en iedere de mensheid bekende godsdienst predikt een vorm van "wijsheid" of inzicht in de opperste waarheid. In mijn gesprekken met Scientologen kwam naar voren dat de aanhangers het woord "filosofie" meer zien in betrekking tot de ultieme zin van het leven en het universum in de godsdienstige betekenis van het woord. De "filosofie" van Scientology heeft betrekking op het geloof dat de ziel onsterfelijk is en een eeuwige bestemming heeft. Door gebruik te maken van filosofische concepten en de nadruk te leggen op de toepassing van haar leer verschilt Scientology zeker niet van andere mij bekende godsdiensten. Godsdienst en filosofie staan altijd nauw met elkaar in verband. De H. Thomas van Aquino, de grootste theoloog in de geschiedenis van het rooms-katholicisme, haalt in zijn grote werk Summa Theologica talloze filosofische ideeën, uitdrukkingen en denkbeelden aan die zijn ontleend aan de Griekse filosoof Aristoteles en dringt aan op de morele toepassing van deze "filosofische" begrippen. Toch zal niemand de Summa beschouwen als iets anders dan een religieuze beschouwing van de hoogste orde. De uitdrukking "toegepaste godsdienstige filosofie" doet op geen enkele manier af aan het feit dat Scientology een bonafide godsdienstig geloof is in de volledige betekenis van het woord.

Westerse godsdiensten - vooral het joodse geloof, het christendom en de islam - zijn traditioneel "exclusivistisch" van aard. Elk geloof beweert het enige ware geloof te zijn, op grond van zijn eigen unieke godsdienstige regels, verlosser, profeet, weg naar zaligmaking, of interpretatie van de ultieme zin van leven en waarheid. Deze aanspraak op exclusiviteit kennen over het geheel genomen de oosterse godsdiensten als hindoeïsme, boeddhisme, confucianisme, shintoïsme en taoïsme niet. In de oosterse opvatting kan een en dezelfde persoon worden geboren als shintoïst, trouwen volgens een dubbele huwelijksceremonie met shinto- en christelijke rituelen, en uiteindelijk worden begraven met een boeddhistische plechtigheid, zonder de "keuze" te hoeven maken welke godsdienst de "juiste" is. Zelfs het westerse christendom verliest tegenwoordig iets van zijn exclusieve karakter, gezien het feit dat verschillende kerkgenootschappen zich serieus bezighouden met oecumenische dialoog en eredienst. Een dergelijke pluriconfessionaliteit komt voor godsdienstwetenschappers die de huidige stromingen uit de eerste hand bestuderen zeker niet als een verrassing en is voor hen volkomen begrijpelijk. Hoewel Scientology sterke punten van overeenkomst vertoont met zowel de hindoeïstische als de boeddhistische tradities, is het noch puur niet-exclusivistisch, noch - wat dat aangaat - puur exclusivistisch. Scientology eist niet van haar leden dat zij afstand nemen van hun bestaande godsdienstige overtuiging of het lidmaatschap van andere kerken of religieuze ordes opzeggen. Dit is geheel overeenkomstig de pluriconfessionele tendenzen van deze tijd. Desalniettemin is het in de praktijk zo, dat Scientologen zich volledig vereenzelvigen met de Scientology godsdienst en wars zijn van elk ander geloof. Hoe dan ook, het openstaan voor personen met een andere godsdienstige achtergrond doet op geen enkele wijze af aan de specifieke godsdienstige identiteit van Scientology.

Terug naar begin

V. Scientology eredienst

Er bestaat geen kort-en-bondige definitie van eredienst die neutraal gezien voor alle vormen van godsdienst geldt. Aan het einde van paragraaf II van dit stuk heb ik over de kenmerken van godsdienst gezegd, dat in iedere godsdienst alle drie de kenmerken (een samenstel van geloofselementen, godsdienstige gebruiken, en een godsdienstige gemeenschap) aanwezig zijn, maar dat is bij geen twee gemeenschappen in gelijke mate of op dezelfde manier. Het zijn deze variaties die godsdiensten uniek maken. In de rooms-katholieke, de oosters-orthodox en de anglicaanse kerk wordt sterk de nadruk gelegd op uitgebreide rituelen, zoals liturgische gewaden, processies, kaarsen, kerkelijke gezangen, iconen, heilig water, wierook, enzovoorts. Anderzijds worden met name bij veel strenge protestantse geloofsrichtingen, zoals de Broeders, zulke overladen ceremoniële formaliteiten als bijgeloof of zelfs absoluut afgodisch beschouwd. Bij de afsplitsingen van het christendom is de eredienst gereduceerd tot de prediking van het Woord, eventueel een paar liederen, en gebed. Bij de Religious Society of Friends, algemeen bekend als de Quakers, bevat de eredienst helemaal geen uiterlijkheden, maar blijft deze beperkt tot een samenkomst in stilte, gedurende welke de leden al dan niet een kort inspirerend woord delen. Ook de belangrijkste handeling van eredienst in boeddhistische kloosters bestaat uit meditatie in volkomen stilte gedurende lange perioden, niet gericht op eerbetoon aan een Opperste Godheid, maar op de vernietiging van het Zelf en bevrijding van de hindernissen van het bestaan.

Gezien de onmogelijkheid om enige volkomen rechtlijnige en onveranderlijke definitie van eredienst te geven, is het onontkoombaar om bij vergelijkend onderzoek een enigszins flexibel begrip te hanteren. De meeste woordenboeken lossen dit probleem op, door verschillende definities te geven van het begrip eredienst. Ten eerste kan eredienst ook bepaalde voorstellingen van "riten" en "ceremoniën" inhouden. In de ogen van sommige godsdienstwetenschappers zijn riten en rituelen transformerend van aard. Bij de christelijke doopplechtigheid wordt bijvoorbeeld een dopeling getransformeerd van één staat (zonde) naar een andere (genade). In oorspronkelijke samenlevingen transformeren jongeren tijdens de overgangsrituelen van kind naar volwassene. Het auditing proces bij Scientology, het overgaan van de staat van "preclear" naar "Clear", kan worden gezien als een transformerend proces in die zin. Anderzijds kunnen ceremoniën ook als bevestigend worden beschouwd: dat wil zeggen dat zij dienen ter bevestiging of bekrachtiging van de status quo. Uiteenlopende vormen van sabbat- en zondagsviering zijn vaak ceremoniën in deze betekenis. Ceremoniën bevestigen de gemeenschap van gelovigen in haar status van godsdienstige groepering en in haar identiteit als geloofsrichting. Vaak, maar niet noodzakelijkerwijs altijd, worden de parafernalia van de riten en ceremoniën, zoals gewaden, aangevuld met gedetailleerd uitgevoerde dansen, muziek, gewijde besprenkelingen, loutering, het offeren van dieren of voedsel, gebaren zoals zegeningen, enzovoorts.

Terug naar begin

Ten tweede wordt door godsdienstwetenschappers algemeen erkend dat riten en ceremoniën niet de alfa en omega van de hele eredienst kunnen zijn. De meeste definities omvatten dan ook verdere begrippen, zoals "gebruiken", "handelingen" en "voorschriften". Het heeft een goede reden dat de definities ook deze verdere begrippen inhouden. Wat de een beschouwt als eredienst kan voor de ander bijgeloof zijn. En wat voor de ene gelovige geen enkele betekenis heeft - zoals bijvoorbeeld het slaan van een kruis voor een protestant - kan voor de ander een daad van devotie betekenen. Daarom kunnen wetenschappers godsdienstige handelingen slechts beoordelen binnen het kader van de specifieke godsdienst als geheel, dat wil zeggen, in betrekking tot de uiteindelijke doeleinden en bedoelingen van de geloofsrichting. De wetenschapper hoeft niet te geloven wat de gelovige gelooft, maar als hij of zij een serieuze poging wil doen verschijnselen van godsdienstige aard te begrijpen, dan moet de wetenschapper proberen het geloof enigszins te ervaren zoals de gelovige dit doet. Alleen vanuit deze benaderingswijze kan de wetenschapper vaststellen welke handelingen, gebruiken en voorschriften in een bepaalde godsdienstige gemeenschap de eredienst vormen.

Onder de bredere noemer van religieuze eredienst (handelingen, gebruiken, voorschriften) kunnen we ook onderwerpen meewegen als de bestudering van heilige teksten. het onderwijzen van anderen in de studie en het voordragen van deze teksten, en diverse vormen van godsdienstlessen. Sommige godsdiensten doorspekken zelfs dit soort handelingen met gewijde ceremoniën. In Japanse Zen-kloosters heb ik novicen gezien die op ceremoniële wijze met exemplaren van de Lotus Sutra rondgaan en de inhoud daarvan door middel van ritueel gezang in hun geheugen opnemen. De bestudering van de Talmoed in joodse yeshiva's heeft een vergelijkbaar ritueel karakter.

In de vele varianten van religieuze eredienst kan de wetenschapper twee elementaire richtingen onderscheiden: de ene is meer gericht op viering en ritueel; de andere meer op onderricht en meditatie.

Bij aanhangers van de belangrijkste westerse godsdiensten, te weten het joodse geloof, het christendom en de islam, kan natuurlijk de vraag rijzen, of auditing en training wel als vormen van eredienst kunnen worden aangemerkt. Bij deze godsdiensten is de eredienst voornamelijk, maar niet uitsluitend, gericht op openbare vieringen, feestdagen, preken, psalmzingen, sabbat- of zondagsviering, en uiteenlopende vormen van gebed. Hoewel deze vorm van eredienst ook in ruime mate binnen de oosterse godsdiensten kan worden gevonden, hebben veel uitingen van oosterse vroomheid een fundamentele ondertoon waarin meer de nadruk wordt gelegd op meditatie en onderricht. Zoals al eerder is opgemerkt, ligt bij het vedanta-hindoeïsme en het zen-boeddhisme het zwaartepunt van de eredienst niet op viering, maar op meditatie en de bestudering van de sutra's, geestelijke leerboeken. Bij het zen-boeddhisme gaat deze geestelijke studie meestal gepaard met meditatie over ko-ans - korte, bondige en vaak paradoxale uitspraken - die de gelovige als hulpmiddel dienen bij het ontleden van het alledaagse bewustzijn, zodat hij of zij kan komen tot de staat van satori, een plotselinge verlichting.

Ofschoon de ontdekking en codificatie van de auditing technieken uitsluitend moet worden toegeschreven aan L. Ron Hubbard, hebben de Scientology Kerk en Hubbard zelf altijd erkend dat Scientology overeenkomsten vertoont met bepaalde aspecten van het hindoeïsme en vooral het boeddhisme. Scientology deelt met deze beide godsdienstige tradities het gemeenschappelijk geloof

Terug naar begin

dat het hoofdbestanddeel van het verlossingsproces wordt gevormd door de overgang van onwetendheid naar verlichting, van verwarring naar vrijheid, en van verbijstering en ontsteltenis naar helderheid en licht. Een aantal jaren geleden heb ik een artikel gepubliceerd over het verband tussen Scientology en het boeddhisme: Frank K. Flinn, "Scientology as Technical Buddhism" [Scientology als een technische vorm van boeddhisme], in het door Joseph H. Fichter geredigeerde Alternatives to American Mainline Churches [Alternatieven voor de grote Amerikaanse kerken], New York: Paragon House, 1983. Net als deze oosterse tradities ziet Scientology de eredienst niet zozeer in de betekenis van viering en toewijding, maar meer in de zin van meditatie en onderricht, waarbij de nadruk ligt op bewustwording, verlichting, of - om de Scientology uitdrukking te gebruiken - "Clearing".

Ik mag niet nagelaten te vermelden, als een niet onbelangrijke opmerking terzijde, dat meditatieve en instructieve vormen van eredienst ook in het westen bekend zijn. De vrome orthodoxe jood ziet de devote bestudering van de Thora of het Wetboek als een vorm, voorzover niet dè vorm, van eredienst. Toch hebben de orthodoxe joden de yeshiva's gesticht, die zijn gewijd aan de heilige studie van de Thora en de Talmoed. Een yeshiva is niet zomaar een plaats van vorming, het is ook een plaats van eredienst. Evenzo hebben de moslems kuttabs en madrassa's in het leven geroepen voor de heilige studie van de Koran. En veel rooms-katholieke kloosterordes, vooral de cisterciënzer monniken en de trappisten, wijden het grootste deel van hun eredienst aan het in stilte bestuderen van en mediteren over gewijde teksten.

Over het geheel genomen worden meditatie, gewijde studie en onderricht echter in het westen minder ervaren als vormen van eredienst dan in het oosten. In India is het voor mensen van gevorderde leeftijd gebruikelijk om al hun aardse goederen te verkopen, naar een geheiligde plaats te gaan, zoals Varanasi (Benares) aan de Ganges, en daar de rest van hun leven door te brengen, waarbij van tijd tot tijd pooja's worden uitgevoerd of rituele offers gebracht, maar de meeste tijd wordt doorgebracht met mediteren over bovenaardse zaken. Voor de gewone hindoe is deze meditatie de hoogst mogelijke vorm van eredienst.

Afgezien van deze discussies staat geheel buiten kijf dat Scientology zowel de typische vormen van ceremoniële eredienst en eredienstviering kent, alsook haar eigen vorm van geestelijk leven: auditing en training. Ter vergelijking en tegenstelling: de rooms-katholieke kerk beschouwt al haar zeven sacramenten als vormen van eredienst. Daarom worden de sacramenten in principe uitsluitend binnen de muren van de kerk door gewijde geestelijken toegediend. Toediening buiten de kerk gebeurt alleen in bijzondere omstandigheden, bijvoorbeeld wanneer iemand ziek is. Tot de zeven sacramenten behoren het dopen, het vormsel, de biecht, de eucharistieviering, de huwelijksbevestiging, de priesterwijding, en het Heilig Oliesel voor zieken en stervenden. Maar het "sacrament der sacramenten" is voor de rooms-katholieken de eucharistieviering, gewoonlijk mis genoemd, waar de dood en wederopstanding van Jezus Christus worden gevierd en zijn aanwezigheid in de gemeenschap van gelovigen.

Zo heeft ook de Scientology Kerk, zogezegd, haar "sacrament aller sacramenten", namelijk auditing en training. Het belangrijkste godsdienstige streven van alle Scientologen is Clear worden en het bereiken van de status van Operating Thetan, die de heerschappij heeft over "leven, denken, materie, energie, ruimte en tijd". De belangrijkste godsdienstige instrumenten om die status te bereiken zijn de ingewikkelde niveaus en graden van auditing en training. Auditing en training hebben voor de Scientoloog eenzelfde religieuze betekenis als de eucharistieviering voor de rooms-katholiek. Zoals de rooms-katholieken de zeven sacramenten beschouwen als de zeven belangrijkste instrumenten om de wereld te redden, zo zien ook Scientologen auditing en training als de belangrijkste instrumenten voor de redding, die zij omschrijven als optimale overleving van alle dynamieken.

Als vergelijkend godsdienstwetenschapper zou ik de vraag "Waar hebben rooms-katholieken hun plaatsen van eredienst?" willen beantwoorden met "Natuurlijk daar, waar de aanhangers de zeven sacramenten krijgen toegediend". Op de vraag "Waar hebben de Scientologen hun plaatsen van eredienst" zou ik antwoorden "Natuurlijk daar, waar de leden auditing en training in de Scientology geschriften ondergaan." De werken van Hubbard over Dianetics en Scientology vormen de heilige schrift voor de Scientology Kerk. De overgrote meerderheid van deze werken is gewijd aan wat Scientologen noemen auditing technieken en het hanteren en overbrengen van auditing en training aan de leden. De absoluut overheersende nadruk die Hubbard in zijn werken op auditing en training heeft gelegd, zal iedere godsdienstwetenschapper ervan overtuigen dat auditing en training de belangrijkste godsdienstige gebruiken en de voornaamste vormen van eredienst zijn van de Scientology Kerk.

In mijn hoedanigheid van godsdienstwetenschapper kan ik zonder aarzeling verklaren, dat auditing en training de voornaamste elementen van eredienst zijn in de Scientologische geloofsstructuur. Ten tweede, dat de plaatsen waar de aanhangers auditing en training ondergaan onmiskenbaar Scientology huizen van eredienst zijn.

Frank K. Flinn

22 september 1994