Aalsmeer mag niet verkommeren

Ik zie dat Aalsmeer als zelfstandig historisch centrum van cultuur en bedrijvigheid gevaar loopt. En ik vind dat het gemeentebestuur daar iets aan moet doen. Als we om ons heen kijken, zien we in de naburige gemeenten grote moderne winkelcentra met een goede parkeergelegenheid. Het grootste - het reusachtigste - verrijst in Amstelveen. Maar ook silicon city Hoofddorp (dat zich met veronachtzaming van elk historisch besef "Hoofdstad" wil gaan noemen) en zelfs Uithoorn mogen er wezen. Wat betreft "fun shopping" maar ook wat betreft meer culturele uitjes - denk aan De Meerse, de Thamer Kerk, het Cobra Museum en het Cultureel Centrum Amstelveen - hebben die gemeenten een grote zuigkracht op veel Aalsmeerders.

In Aalsmeer hebben we de VBA en ShowBizCity. Maar je moet de mensen niet de kost geven, die wel in de veiling hun brood verdienen, maar die nog nooit in de rest van Aalsmeer zijn geweest. Aalsmeer is voor veel buitenstaanders een aantal lastige stoplichten of een open brug aan de provinciale weg. En ook van de bezoekers aan ShowBizCity valt te vrezen dat zij nooit een voet in het dorpscentrum zullen zetten.

Zo dreigt dat centrum, als een soort achterbuurt van Joop van den Ende, te verkommeren. En dat is niet nodig. Want er zijn genoeg mogelijkheden om Aalsmeer voor bezoekers van buiten - en voor de Aalsmeerders! - aantrekkelijker te maken.

Het oude centrum is van grote cultuurhistorische waarde. Te beginnen met het oudste monument: de Dorpskerk. Kan de toren niet - doordeweeks - voor beklimming worden opengesteld?
Dicht daar in de buurt bevinden zich historische panden als het Wapen van Aalsmeer, het Schoutenhuis en het Oude Raadhuis. In het Oude Raadhuis - dat dit voorjaar wordt gerestaureerd - zijn regelmatig interessante exposities te zien van de Stichting Kunst en Cultuur Aalsmeer. Als we de Zijdstraat inlopen, komen we bij de korenmolen De Leeuw. Kan die met veel gemeenschapsgeld herbouwde molen niet dagelijks ter bezichtiging worden opengesteld? En kan er een terrasje op het Molenplein komen? Doorlopend naar het Praamplein, zien we aan de overkant van de Brandewijnsloot de Historische Tuin. Er is nog geen ouderwetse (draai)brug naar de tuin, maar die moet er natuurlijk wel komen. Ik heb gelezen dat op de Historische Tuin een antieke veilingtribune wordt gebouwd. Dat zou betekenen, dat de tuin, met deze attractie erbij, ook in de winter kan worden opengesteld. Denk aan de veiling van Langendijk als toeristische trekpleister! Meer seizoensgebonden zou een rondvaart op de Westeinder kunnen zijn (het ligt eraan welke boot er wordt gebruikt) - met wellicht een bezoek aan het monumentale clubhuis van de Nieuwe Meer of de aloude Blauwe Beugel. Maar het Stokkeland, dat net als het Thijssepark in Amstelveen kan worden ingericht als een bewaarplaats van alle mogelijke inheemse planten, is in elk seizoen een bezoekje waard.

Een absolute voorwaarde voor de wederopbloei van het Aalsmeerse centrum is het oplossen van het verkeers- en parkeerprobleem. De Zijdstraat is als loopstraat heel mooi ingericht, maar dat had natuurlijk tegelijkertijd moeten gebeuren met een doorbraak van de Uiterweg naar het Praamplein. Al in het begin van de jaren zeventig, toen ik voor D66 gemeenteraadslid was, heb ik daarop gehamerd. Dat dat in vijfentwintig jaar nog steeds niet is gelukt, is een schande voor het gemeentebestuur.

Ik denk dat nu aan radicale oplossingen, zoals de bouw van parkeergarages, niet is te ontkomen. Maar ook moet er worden samengewerkt met de VBA en Joop van den Ende. Toeristische pendelbussen (of -busjes) - en zeker een sterk verbeterd openbaar vervoer - kunnen soelaas bieden. En ook moeten deze giganten hun bezoekers gaan wijzen op de andere, hierboven genoemde, toeristische mogelijkheden in Aalsmeer. Als het Dorp geen aansluiting bij hen krijgt, wordt het tussen hen beiden vermalen.

Deze tekst is niet vrijblijvend. Ik zeg niet: ZE moeten er wat aan doen. Ik wil zelf mijn bijdrage leveren aan de groei en bloei van mijn geboortedorp. Daarom heb ik mij, na bijna vijfentwintig jaar, opnieuw kandidaat gesteld voor de gemeenteraad. Voor D66 uiteraard.

Pierre Tuning, fractieassistentr D66