Samenvatting
Casus door Marion van der Vegte, postcode: 9903 BP, e-mail:
mvandervegte@wanadoo.nl
vrouw
leeftijd: 52 jaar 8 keren adem- en ontspanningstherapie |
setting/medebehandeling/verwijzing op
eigen initiatief |
|
klachten/probleemstelling |
Effect |
follow-up
(4 maanden) |
1
duizeligheid |
sterk
verbeterd |
sterk
verbeterd |
2
hoofdpijn |
beter |
sterk
verbeterd |
3
chronische pijn (fibromyalgie) |
beter |
beter |
4
benauwdheid |
beter |
sterk
verbeterd |
5
vermoeidheid |
beter |
sterk
verbeterd |
6
neerslachtigheid |
sterk
verbeterd |
verdwenen |
7
slechte concentratie |
beter |
beter |
8
‘s nacht onrustig ademen in slaap |
verdwenen |
verdwenen |
9
snel spreken met hoge, snelle ademhaling |
sterk
verbeterd |
sterk
verbeterd |
HVL
score: 39 |
na
4 keer: 36 |
16 |
1. diagnose Fibromyalgie
(in 1988 geconstateerd) Astma
(vanaf jeugd) |
2. beperkende voorwaarden:
Pijnklachten
(kon ze beter mee omgaan met het doen van instructies). Neiging
om alles snel te willen doen. Niet
gewend rustpauzes te nemen. (is onduidelijk of ze blijft oefenen) |
|
Ingang: instructies Rustadem: veel meer rust in het
hoofd, adem zakt, duizeligheid/licht/watjes in het hoofd minder tot weg. Kan
beter nadenken Rustadem
met spreken:
Ze behoudt haar rust tijdens het spreken. Dit heeft een grote invloed door de
hele dag heen. Drukpunten
voelen:
Ze heeft via deze instructie zelf een manier ontdekt om de duur van de pijn
te verkorten van weken naar dagen. Kortlig,
benen op stoel met hoofd rollen , aandacht onderkant en dan trek/duw: Dit doet
ze wanneer ze zich druk maakt over iets. Hierna is haar hoofd leeg en zijn
problemen gezakt. Haar nekgebied wordt ruim en leeg. |
handgrepen Zit,
lendeadem:
Ze ontdekt voor het eerst dat ze haar buik altijd ingetrokken houdt. Durft
vanaf dan die te laten hangen. Thorax
rollen:
Ze voelt voor het eerst ontspanning in hals- en borstgebied. Merkt vanaf dan
regelmatig op wanneer dit gebied gespannen of ontspannen is. Zit,
voor/achter:
ook hierna heeft ze een ruimer gevoel in haar halsgebied; haar schouders
ontspannen; haar voeten voelen zwaar. |
|
Processen Functioneel
ademen: Haar
ademhaling was zeer snel en hoog: alleen haar borst en schouders bewogen mee.
Tijdens de instructies zakte haar adem zodat haar buik ook mee ging bewegen.
Ook werd de adembeweging langzamer en dieper, rustiger. Vanaf de derde keer
begon ze zich bewust te worden van haar hoge, snelle ademhaling. Ze ging dit
dan corrigeren door de instructie ‘rustadem’ te doen, waarbij haar
adembeweging zakte en kalmer, dieper werd. Ze werd zich ook steeds vaker
bewust van het feit dat ze, zogauw ze begon te praten, haar ademhaling weer
omhoog schoot en steeds sneller werd. Door ‘rustadem met spreken’ werd ze
zich steeds meer bewust van een andere, voor haar betere (functionelere),
ademhaling tijdens het spreken. Dit lukt haar nu steeds beter om te doen. Aandachtsverschuiving: Na instructies krijgt ze
een rustig gevoel in haar hoofd. Ze voelt de rest van haar lichaam beter.
Normaal was, dat ze alleen haar hoofd voelde en dat daaronder nog wat zat. Ze
kon ook niet lang staan omdat ze dan duizelig werd. Nu ze ook haar benen en
voeten duidelijker voelt, kan dat wel. Ze gebruikt woorden als: zwaar, warm,
prikkelend. De aandacht is niet meer alleen boven, in het hoofd. Herstel
van evenwicht: In het begin dat ze met de instructies in aanraking kwam had ze het
gevoel dat de klachten erger werden: ze werd lomer, had veel meer last van
hoofdpijn. Later vertelt ze juist dat de klachten verminderen. De laatste
week had ze voor het eerst ’s middags geen slaap nodig. |
Lichaamsbewustwording:
Het
contact met haar lichaam wordt steeds beter. Door bepaalde instructies en
handgrepen ontdekte ze bepaalde delen van zichzelf die ze altijd gespannen
hield: buik, schouders, borst, sleutelbeenderen. Vanaf dan voelde ze ook
wanneer iets weer aangespannen werd op het moment dat het gebeurde. Vroeger
dacht ze dat lichamelijke ontspanning betekende dat je dan niets voelt, maar
ze is er zelf achter gekomen dat ze dan juist veel meer voelt. Dit gevoel
wordt voor haar ook steeds vertrouwder. Functioneel
bewegen: Na
veel instructies heeft ze een gevoel van ‘compleet zijn’ , een geheel van
hoofd tot voeten. Ze heeft gevoeld om makkelijker rechtop te zitten en merkt
dat nu ook op wanneer ze de krant leest. Tijdens de handgreep ‘thorax rollen’
bewoog ze steeds soepeler en makkelijker. Spanningsvermindering: Na instructies is ze stil, voelt zich loom; armen hangen, vel zakt naar de grond, hals, kaken en schouders voelen meer ontspannen. Cognitieve
herstructurering: Ze heeft ontdekt dat ze ‘zichzelf mag voelen’ en dat ze mag zeggen
wat zijzelf prettig vindt. Ze mag van zichzelf nu dingen die ze moet doen,
achter elkaar doen of zelfs even uistellen. |
|
Conclusie: De
meeste klachten zijn sterk verbeterd en/of verdwenen, behalve de pijn en de
concentratieproblemen. De duizeligheid, hoofdpijn, benauwdheid en
vermoeidheid, evenals de slechte stemming, onrustig slapen en snelle spreken
en ademen zijn goed toegankelijk gebleken voor zelfregulatie en waren dus in
hoge mate gevolg van overspanning. De
pijn en de concentratie problemen is ten dele gevolg van de beperkende
voorwaarden, waar zij bewuster van is geworden en beter mee omgaat. |
niveau van overspanning: B.
was vanaf het begin zeer toegankelijk voor de instructies en handgrepen.
Bijna alles lukte haar goed, haar ervaringen waren zeer concreet en ze ervoer
de meeste instructies en handgrepen als positief. Haar niveau van
overspanning was en is dus in balans. Als
ze de instructie regelmatig oefent worden haar klachten duidelijk minder of
verdwijnen zelfs. Ze is ook in staat om en instructie toe te passen als haar
spanningsniveau wat hoger is en krijgt dan een positief resultaat. |