|
Vr.
van 44 jr , werkt als verpleegkundige in deeltijd met wisselende diensten.
Samenwonend, 2 kinderen 4 en 6 jaar. |
7
keren adem- en ontpanningstherapie. Ze
komt op eigen initiatief. |
|
klachten/probleemstelling |
effect |
|
1.
gevoel van spanning |
sterk
verbeterd |
|
2.
terugkerende nekklachten van pijn en bewegingsbeperking |
sterk
verbeterd |
|
3.
aanvalsgewijs optreden van ademnood en kortademigheid |
sterk
verbeterd |
|
Nijmeegse
vragenlijst:
22; Subscores: spanning 5, dyspnoe
8, centraal 1, perifeer 5 |
Nijmeegse
vragenlijst:
19; spanning 6, dyspnoe 10,
centraal 1, perifeer 2 |
|
diagnose |
beperkende voorwaarden: |
|
1.
astma ( Med: Oxis, Spiriva, Alvesco, Simvastatine, Seroxat) 2.
hypertone, pijnlijke nekspieren, bewegingsbeperkingen HWK in alle richtingen,
opgetrokken schouders bdz. 3.
snelle hoge ademhaling , zuchten. 4.
inslapen van handen li > re; wordt onderzocht op carpaal tunnel syndroom
door orthopedie |
somatisch: astma sociaal: sterke belasting
door werk en zorg voor kinderen. Na
operatie aan linker carpaal tunnel zijn klachten van inslapende hand links
verdwenen. |
Ingang:
instructies
Aandacht
verzamelen:
lukt direct goed. Wordt thuis geoefend ’s avonds in bed. Ze wordt daardoor
rustiger in het hoofd. Ruglig,
voeten optrekken: lukt moeizaam. Leidt tot benauwdheid. Hoorbaar
uitademen:
lukt, wordt geoefend. Ze wordt hierdoor rustiger in het hoofd en de
ademhaling wordt ruimer. Zit
benen wrijven; lukt moeizaam. Leidt tot benauwdheid. Stand
staan :
lukt, wordt niet geoefend. Stand,
rustadem:
lukt, wordt niet geoefend. Stand,
gewicht verschuiven: lukt, wordt niet geoefend. |
Zit,
voor , achter: lukt goed, wordt geoefend. Leidt tot een diepere, ruimere ademhaling
en ontspanning van schouders. Zit,
links-rechts: lukt goed, wordt geoefend. Leidt tot diepere ademhaling. Handgrepen -aan
schouders: werd zachter, losser, ademen ruimer -wervelkolom
houden, schommelen: rug werd vlakker, beweeglijker. -zit,
lendenadem: ademen gaat meer in de breedte, schouders worden losser, er
wordt veel ruimte bij het ademen ervaren. |
|
Processen: Aandachtsverschuiving: van actief naar meer
passieve aandacht. Van druk zijn naar meer rust nemen. Mw. richt de aandacht
meer op zichzelf. Spanningsvermindering: het gevoel van spanning
in nekspieren is minder, de pijnklachten zijn verdwenen, de beweeglijkheid
van de nek is verbeterd. Subscores perifeer en centraal zijn gedaald dankzij
spanningsvermindering. Lichaamsbewustwording: ze herkent spanning en
benauwdheid in een vroeger stadium. Ze neemt daarom meer tijd voor rust en
zichzelf. Zij kan daardoor beter met drukte in werk- en privésituatie omgaan.
|
De
toename van de subscores spanning en dyspnoe in de Nijmeegse vragenlijst
wordt door toename lichaamsbewustwording veroorzaakt. Functioneel
ademen:
het ademen is ruimer, regelmatiger en rustiger, meer verdeeld en minder
storend. Het zuchten is verminderd. Ademhaling is door mw. bewuster te
sturen. Mw. ervaart minder problemen met asthma, omdat de aanvallen afgenomen
zijn in frequentie. Herstel
van evenwicht; ze plant haar momenten van rust in haar dagelijks leven. Ze is
rustiger en minder moe. |
|
Conclusie: Nek-,
spannings- en ademhalingsklachten waren in hoge mate gevolg van overspanning
en reageerden goed op toename van interne zelfregulatie. Ondanks de
aanwezigheid van beperkende factoren als astma en drukke werk-en
gezinsomstandigheden is met AOT een duidelijke verbetering van de klachten
bereikt. Inslapen
van de hand links is na operatie verminderd. |
niveau van overspanning: Verbeterd
van sterk verstoord naar matig verstoord: De instructies lukten moeizaam, de
respons was soms negatief, daarentegen opmerkelijk positief bij “zit, voor-
achter”. Hierbij werd een nooit eerder gevoelde mate van ontspanning en
hoeveelheid “lucht” ervaren. |